Goede literaire tijdschriften fungeren als veerplank voor bekend en onbekend talent. Een vrijplaats waar talent zich kan ontwikkelen en nieuwe ideeën ruim baan krijgen. Ook bieden ze redacteuren de mogelijkheid hun (redactionele) vaardigheden aan te scherpen en zich te presenteren aan het publiek en het boekenvak in het bijzonder. Tijdschriften spiegelen niet alleen wat er in de maatschappij gebeurt, maar beïnvloeden ook actief onze kijk op literatuur en de wereld.

Om de literaire tijdschriften ruimte te geven zich verder te ontwikkelen en te professionaliseren, is het van belang ze voor een langere termijn rust en financiële zekerheid te bieden. De termijn waarvoor subsidie kan worden aangevraagd blijft dan ook, net als 2021-2024, vier jaar. Daarbij is het subsidiebedrag per tijdschrift verhoogd van € 15.000 naar € 20.500 per jaar. Hiervoor is extra budget toegevoegd aan de – aanvankelijk beperktere – mogelijkheden voor 2025-2028. Het extra budget is afkomstig uit de fair pay middelen die het ministerie van OCW voor de Rijkscultuurfondsen, bis-instellingen en musea binnen de Erfgoedwet beschikbaar heeft gesteld. Om die reden verlangt het Letterenfonds voor het eerst van de tijdschriften zich te houden aan de volgende minimumtarieven voor honoraria van auteurs en illustratoren. Het gaat om absolute bodembedragen, waarbij het fonds de tijdschriften uitnodigt deze opwaarts bij te stellen (indien mogelijk):

• Oorspronkelijk proza: 10 cent per woord

• Oorspronkelijke poëzie: € 75 per gedicht

• Vertaalde proza: 7,5 cent per woord

• Vertaalde poëzie: € 55 per gedicht

• Illustratie: € 75 per illustratie (nieuwe categorie)

Om de positie van de tijdschriften in het letterenveld te verstevigen, vraagt het Letterenfonds de subsidieontvangers verder mee te werken aan het vormen van, en actief deel te nemen aan een sectorbrede samenwerking voor literaire tijdschriften, naar het voorbeeld van VLAM21.

Van de redacties wordt verwacht dat ze de Fair Practice Code en de Governance Code Cultuur toepassen en beschrijven hoe zij zich verhouden tot de Code Diversiteit en Inclusie. Het fonds gaat hierbij uit van een stijgende ambitie, passend bij de situatie waarin de tijdschriften functioneren.

Gedurende vier jaar zal het Letterenfonds monitorgesprekken voeren met de tijdschriften over de voortgang en de realisatie van de doelstellingen die voor 2025-2028 zijn geformuleerd.

• Literaire tijdschriften (Nederlands-, Papiaments- of Friestalig) die een in het Nederlands Koninkrijk gevestigde rechtspersoon zijn en geen winstoogmerk hebben.

• Tijdschriften met en te beperkte focus zijn uitgesloten van aanvragen, evenals vak-, wetenschappelijke en ledenbladen, met uitzondering van tijdschriften voor de beroepspraktijk van literair vertalen.

• Het tijdschrift is ten minste vanaf 1 maart 2023 onafgebroken verschenen, met per kalenderjaar een omvang van minimaal 48 pagina’s en een verschijningsfrequentie van twee keer per jaar (voor papieren tijdschriften) of minimaal veertig nieuwe literaire werken per jaar en een regelmatig publicatieschema (voor digitale tijdschriften).

• Ten minste één andere partij treedt op als co-financier, het Letterenfonds kan niet de enige investeerder zijn.

• Het tijdschrift beschikt over een professionele redactie die bestaat uit meerdere personen. De redactie zorgt voor de acquisitie en selectie van de kopij en redigeert en corrigeert alle te publiceren kopij.

• Minstens de helft van de gepubliceerde bijdragen is literair van aard en de bijdragen zijn niet in hoofdzaak geschreven door de redactieleden zelf.

• Bijdragen worden in één ronde verleend en strekken zich uit over vier jaar. Een tijdschrift ontvangt € 82.000 ofwel € 20.500 per jaar.

• Maximaal 50% van de subsidie mag worden gebruikt ter dekking van andere kosten voor het tijdschrift dan de beloning voor auteurs, illustratoren en redactie.

Je aanvraag wordt beoordeeld door een adviescommissie, bestaande uit leden van de Raad van advies en externe deskundigen. Het streven is om voor het einde van het jaar, en uiterlijk 22 weken na ontvangst van de aanvraag het subsidiebesluit kenbaar te maken.

De adviescommissie beoordeelt de aanvragen op de volgende punten:

• de literaire kwaliteit van het tijdschrift;

• de redactionele plannen, het publieksbereik en de toekomstvisie;

• de kwaliteit en realiteitszin van de exploitatie.

Als je je aanvraag start, word je gevraagd om je gegevens in te vullen en de benodigde bijlagen te uploaden. Een belangrijke bijlage is het ingevulde aanvraagformulier, dat je onderaan deze pagina kunt vinden. Het fonds neemt alleen complete aanvragen in behandeling. Indien de aanvraag toch onvolledig blijkt te zijn, kun je binnen twee weken de ontbrekende informatie alsnog opsturen. Als de aanvraag ook dan nog onvolledig is, wordt deze formeel afgewezen.

Bij een positief besluit wordt de helft van het totale toegekende subsidiebedrag binnen vier weken na het schriftelijke besluit uitbetaald.

• Het is aan te raden om vooraf de regeling en het aanvraagformulier goed door te nemen (zie downloads hieronder). Daarin staat aan welke voorwaarden je moet voldoen en hoe je achteraf de subsidie verantwoordt. Ook kun je er lezen waar de commissie op let bij de beoordeling van je aanvraag.

• Let op: aanvragen die niet volgens de formulieren zijn opgesteld of niet compleet zijn, worden niet in behandeling genomen.